De bandbreedte van een oscilloscoop, spectrum analyzer of meet-probe bepaalt tot welke frequentie signalen worden doorgegeven. De bandbreedte is gespecificeerd als de frequentie waar het ingangssignaal is verzwakt tot -3dB (of 0.707 keer) van de amplitude.
Wanneer een signaal dat hogere harmonischen bevat (bijvoorbeeld een blokspanning) gemeten wordt, is het belangrijk te realiseren dat de bandbreedte voldoende moet zijn om de harmonischen te kunnen weergeven en niet slechts de grondfrequentie van het signaal. Anders zal het oorspronkelijke signaal op de ingang niet goed gereconstrueerd kunnen worden.