De Schijf-schrijver-sink slaat metingen direct op op schijf. Data van een of meer bronnen kan opgeslagen worden. Zowel 'normale' oscilloscoop-metingen als stream-metingen kunnen worden opgeslagen. Als stream-metingen worden opgeslagen, wordt de nieuwe data steeds achter de vorige data opgeslagen, waardoor één blok data ontstaat per stream. Data kan in diverse gangbare formaten opgeslagen worden. Meer informatie over het opnemen of loggen van data kunt u vinden op de pagina over data-logging.
Instellingen en acties
Om het gedrag van een Schijf-schrijver sink aan te passen zijn diverse instellingen en acties beschikbaar. Deze zijn beschikbaar via een instellingenscherm, als hieronder getoond en via een popupmenu dat getoond wordt als met rechts op de sink geklikt wordt in het objectscherm.
Als de eerste bron wordt verbonden aan de schrijver, zal een venster als onderstaande geopend worden. Het wordt ook getoond als Toon instellingenscherm in het popupmenu wordt gekozen.
Bestandsnamen beginnend met
In de meeste gevallen worden er verscheidene bestanden gebruikt om de data op te slaan. De naam van de bestanden is een basisbestandsnaam met optionele volgnummers. De basisbestandsnaam kan worden ingevoerd in het bovenste tekstvakje op het instellingenscherm van de Schijf-schrijver, door op de Open bestand-knop er naast te klikken en dan de juiste directory en bestandsnaam te kiezen in het bestandsvenster dat geopend wordt.
Serienummer
Wanneer meer bestanden worden opgeslagen kan optioneel een Serienummer aan de bestandsnaam worden toegevoegd. Serienummers beginnend vanaf 0 worden gebruikt. Deze optie staat standaard aan en kan worden uitgeschakeld als een andere bestandsidentificatie als datumstempel wordt ingeschakeld.
Datum en tijd
Wanneer Datum en tijd is ingeschakeld worden datum en tijd (in milliseconde-precisie) toegevoegd aan de bestandsnaam, in het volgende formaat:
YYYYMMDD_HHMMSS-mmm
Bestandstype
De Schijf-schrijver sink kan de data in verschillende gangbare formaten opslaan. Het Bestandstype kan ingesteld worden via het instellingenscherm en via het popupmenu. De volgende typen zijn beschikbaar:
Alle bronnen in één bestand
Wanneer de optie Alle bronnen in één bestand is ingeschakeld, wordt de data van alle op de Schijf-schrijver aangesloten bronnen in een bestand opgeslagen. Anders wordt voor iedere bron een apart bestand gemaakt. Wanneer Alle bronnen in één bestand uit staat, wordt het bronnummer XX, beginnend bij 1 aan de bestandsnaam toegevoegd. Wanneer het geselecteerde bestandstype niet meer bronnen in een bestand ondersteunt, wordt deze optie genegeerd.
Alle streams in één bestand
Als de optie Alle streams in één bestand is aangevinkt, worden de achtereenvolgende streams in één bestand geschreven. Anders wordt voor elke stream of datablok een nieuw bestand gemaakt. Als Alle streams in één bestand uit staat, wordt het stream-nummer YYY gebruikt, beginnend vanaf 0. Wanneer het geselecteerde bestandstype niet meer streams in een bestand ondersteunt, wordt deze optie genegeerd.
Als de optie Alle streams in één bestand aan staat, maar toch een nieuw bestand wordt gestart, wordt een ander nummer achter de basisbestandsnaam geplakt. De bestandsnaam zal er dan als volgt uit zien:
D:\TestA_XX.mat
met A het bestandsnummer, beginnend vanaf 1. Een nieuwe bestand kan gestart worden om verschillende redenen:
- het vorige bestand dreigde groter te worden dan de bestandsgroottelimiet
- de gebruiker heeft op Bestand(en) sluiten geklikt in het menu van de Schijf-schrijver.
Beperk bestandsgrootte tot
Standaard is de maximale bestandsgrootte gelimiteerd tot 4 GiB. Omdat de meeste huidige applicaties moeite hebben met het verwerken van zulke grote bestanden, heeft de Schijf-schrijver een optie om de bestandsgrootte te beperken tot een willekeurig aantal bytes. U kunt de bestandsgroottelimiet instellen door Begrens bestandsgrootte tot te kiezen in het menu van de Schijf-schrijver. Wanneer de ingestelde grootte bereikt is, wordt het huidige bestand afgesloten en een nieuw bestand geopend, met een nieuw serienummer en/of tijdstempel.
Op FAT32-bestandssystemen is de maximaal mogelijke bestandsgrootte 4 GiB. Op NTFS-bestandssystemen mogen de bestanden zo groot zijn als de schijf.
Sla één op van elke
Standaard worden alle metingen op schijf opgeslagen. Het is ook mogelijk dit aan te passen met de optie Sla één op van elke, zodat een van elke N metingen opgeslagen wordt en de overige overgeslagen..
Bestand(en) sluiten
Wanneer gemeten wordt en Alle streams in één bestand ingeschakeld is, zal de Schijf-schrijver het bestand op schijf open houden. Andere toepassingen kunnen het bestand dan niet openen of kopiëren. De actie Bestand(en) sluiten sluit alle door de Schijf-schrijver geopende bestanden. Externe toepassingen hebben nu toegang tot de bestanden. Als de Schijf-schrijver nieuwe data ontvangt zal een nieuw bestand gemaakt worden.