Inhoud
Introductie
Standaard werken TiePie engineering meetinstrumenten in scoop- of blokmodus. In deze modus wordt de complete meting in het interne geheugen van het instrument opgeslagen. Nadat de volledige meting is gedaan, wordt de data naar de PC getransporteerd voor verdere verwerking. De volgende meting wordt gestart nadat de data verwerkt is, hierdoor ontstaan er gaten tussen de metingen.
Alle TiePie engineering meetinstrumenten ondersteunen naast blokmodus ook stream-modus. In deze modus wordt de gemeten data tijdens het meten direct naar de PC getransporteerd, zonder het interne geheugen van het instrument te gebruiken. Dit maakt het mogelijk onafgebroken te meten zonder "gaten".
Stream- versus blokmetingen
Blok- en stream-metingen hebben beide hun voor- en nadelen. De hoofdpunten staan hieronder opgesomd:
Blokmodus (of scoopmodus):
- Snelle metingen zijn mogelijk
- Triggeren van metingen is beschikbaar
- Record-lengte wordt beperkt door de interne geheugengrootte van het instrument
- Tussen opvolgende metingen zitten tijdgaten.
Stream-modus:
- Sample-snelheid wordt beperkt door de overdrachtssnelheid naar de PC en de PC-snelheid
- Metingen worden handmatig gestart en gestopt, triggeren van metingen is niet beschikbaar
- Ongelimiteerd lange metingen zijn mogelijk
- Een meting bevat geen tijdgaten
In blokmodus wordt de volgende meting gestart nadat de vorige metingen naar de PC is getransporteerd. Dit betekent dat er altijd een (klein) gat tussen de verschillende metingen zal zitten. In stream-modus wordt geen data gemist. Alle opeenvolgende metingen worden verbonden tot een lange meting.
Een nadeel van de stream-modus is dat de maximale meetsnelheid afhangt van de data-overdrachtsnelheid naar de PC en van de snelheid van het totale systeem. Daarnaast is in stream-modus geen triggering beschikbaar, metingen worden handmatig gestart en gestopt.
Selecteren van stream-modus
Standaard werken TiePie engineering meetinstrumenten in scoop- of blokmodus. Er zijn verschillende mogelijkheden om een instrument in stream-modus te zetten.
De makkelijkste manier om stream-modus te gebruiken is door gebruik te maken van een van de Signaal loggen Quick Setups. Deze kunnen worden geselecteerd door op de Quick Setup-knop te klikken, de Laad Quick Setup-optie in het Bestand-menu te kiezen of door de sneltoets Shift + Ctrl + O in te drukken. Kies in het selectiescherm Signaal loggen en kies vervolgens het gewenste aantal kanalen, het gewenste frequentiebereik en het gewenste ingangsbereik. Als de Quick Setup is ingeladen is het instrument klaar voor gebruik.
Streaming-modus kan ook worden ingesteld met een van de snelle functies: "Signaal loggen". Deze functie kan geselecteerd worden via de signaal loggen-knop op de snelle functies-knoppenbalk of via het snelle functies-menu. Wanneer "signaal loggen" gekozen wordt, wordt de modus van het geselecteerde instrument op "stream" gezet. Daarnaast wordt voor elk kanaal van het instrument een dataverzamelaar-I/O-object aangemaakt met een datagrootte van 100000 samples en worden deze dataverzamelaars aan een grafiek gekoppeld.
Om de modus van een instrument handmatig te veranderen, klikt u op de Meetmodus-knop op de instrumentbalk om de meetmodus te wisselen tussen blok-modus en stream-modus. Ook is het mogelijk gebruik te maken van het popupmenu van het instrument in het objectscherm. Kies in dit menu
of .Stream-modus gebruiken
In stream-modus komen de gemeten waarden bij de PC aan in blokken. Elk van deze blokken bevat een bepaalde hoeveelheid meetwaarden (record-lengte), die zijn gemeten met een bepaalde snelheid (Sample-snelheid). Deze twee instellingen bepalen de tijd die nodig is om een blok meetwaarden te meten, wat overeenkomt met de tijd tussen het arriveren van twee opeenvolgende blokken.
Steeds als een blok arriveert zal de computer dit verwerken en, afhankelijk wat op een kanaal in de software is aangesloten, de waarden gebruiken in een berekening, deze weergeven in een grafiek en/of opslaan op schijf.
Als de tijd tussen twee opvolgende blokken kort is (de update-rate is hoog), bestaat het risico dat de computer niet in staat is alle gegevens te verwerken voor het nieuwe blok arriveert. Dit kan resulteren in het afbreken van de stream-meting.
Het wordt aanbevolen de update-rate lager dan ongeveer 10 updates per seconde (een blok-tijd groter dan 0.1 seconde) te houden. Daarnaast kan het helpen de belasting tijdens het verwerken van de meetwaarden te verminderen door de grafiek(en) kleiner te maken en door de lijnen in de grafiek(en) tijdelijk te verbergen tot de meting klaar is.
Stream-data verzamelen
In stream-modus komen de opeenvolgende metingen bij de PC aan in blokken, net zoals in blok-modus. Elk van deze blokken bevat "record-lengte" samples en kan naadloos worden verbonden met de vorige en volgende datablokken.
Het Dataverzamelaar-I/O-object kan worden gebruikt om opeenvolgende metingen te verzamelen en te combineren tot een lange meting, bestaande uit maximaal 50 miljoen samples.
Alle I/O's en sinks in de Multi Channel oscilloscoop-software ondersteunen zowel blok-modus als stream-modus en kunnen dus in beide situaties gebruikt worden.
Opslaan van Stream-data naar schijf kan gedaan worden met de Schijfschrijver-sink. Deze kan meer streams tegelijk verwerken zonder dat een Dataverzamelaar nodig is.
Stream-metingen kunnen worden uitgevoerd met alle WiFiScopes en USB-oscilloscopen van TiePie engineering.